Een warm welkom in Tienen
Luc Lambrecht van de dienst toerisme van Tienen geeft ons vanaf het eerste mailcontact een zeer welkom gevoel. Even lijkt het er op dat stadsbeiaardier Luc Rombouts ons persoonlijk zal ontvangen. Dat klinkt ons als muziek in de oren omdat hij een van de auteurs is van het boek ‘Zingende torens’. Helaas heeft hij echter op de dagen dat wij ons bezoek gepland hebben elders beiaardierverplichtingen.
Gilbert Declercq, erevoorzitter van de Tiense Gidsenbond
Het is de Tiense Gildenbond die uitkomst biedt het is erevoorzitter Gilbert Declercq die ons toegang zal verlenen en rondleiden in de Sint-Germanustoren. De Tiense Gidsenbond is een vereniging van geschoolde gidsen, die allen erkend zijn door Toerisme Vlaanderen. De Tiense stadsgidsen stellen zich ten doel om het eigen karakter van Tienen te tonen. Gilbert Declercq was zelf van 2002 tot en met 2008 voorzitter en dus zijn wij in goede handen. Wij spreken met hem af in het Apostelenhof naast de kerk.
De Tiense beiaard
De Apostelenhof wordt gedomineerd door 1.500 kilo brons. Het is de gebarsten Witlockx basklok uit 1716, afkomstig uit de set van 37 klokken die in 1723 door de stad Tienen is aangekocht. Dit was inmiddels het vierde beiaard. Na de voltooiing van de toren in 1592 werd het eerste voorspel van 7 klokken aangebracht. Deze was slechts een kort leven beschoren want, na eerdere schade door een blikseminslag, waaide de torenspits in 1613 compleet van de toren af.
Het tweede beiaard werd gegoten in 1640 en kreeg een plaats in de toren. Deze stortte in 1708 in als gevolg van een brand. Het beiaard ging daarbij verloren.
In 1709 kocht Tienen een ‘de Haze-beiaard’. Dit derde beiaard is echter nooit in Tienen aangekomen omdat het na de aankoop, in een soort van ‘showroom’, werd opgeeist door de stad Brussel. Nadat het beiaard was opgehangen in het 80 meter hoge belfort stortte deze tot groot vermaak van de Tienaren in.
In 1723 kocht de stad Tienen van Willem Witlockx een beiaard van 37 klokken. Daarna is het beiaard langzaam uitgebreid tot de huidige samenstelling van 54 klokken. Het beiaard van Tienen was lange tijd het meest uitgebreide beiaard van België. Nu zijn dat Leuven en Nieuwpoort met 63 klokken.
Tienen en de Hollanders
Terwijl we richting de ingang van het belfort lopen vertrouwt Gilbert Declercq ons met een knipoog toe dat Tienen en Hollanders niet zo’n gelukkige match is. Uiteraard willen wij weten wat hij bedoeld. Hij verteld ons dan over Frederik-Hendrik van Oranje die de eindfase van de Tachtigjarige Oorlog in gang zette door een bondgenootschap aan te gaan met Frankrijk. In 1633 viel hij de Zuidelijke Nederlanden binnen met een 60.000 man sterk geallieerd leger van Frankrijk en de Verenigde Provinciën. Op 9 juni werd Tienen ingenomen, de inwoners kregen er van langs en vrouwen werden verkracht. Nadat de stad compleet was leeggeroofd werd hij in brand gestoken.
Ook tijdens de Belgische opstand in 1830 botste het tussen Tienen en de Hollanders. Op 23 september van dat jaar verschenen 3000 Hollandse soldaten voor Tienen. Ze kwamen Tienen niet in en het verhaal gaat dat ze aan een list ten prooi waren gevallen. Tienen bezat geen kanonnen maar bracht grote boterpotten ‘in stelling’. Op de stadsmuur werden deze ‘vuurmonden’ richting de vijand opgesteld. In augustus wordt Tienen tijdens de Tiendaagse Veldtocht wel ingenomen door de Hollanders.
We stellen Gilbert Declercq gerust dat wij dit keer maar met zijn drieën zijn en ons netjes zullen gedragen.
In het belfort van Tienen
De ingang van de toren bevind zich in de smalle Trapstraat. Om precies te zijn zit de deur iets meer dan een meter boven de straat met een korte steile trap ervoor. Direct achter de deur draait een wenteltrap omhoog in één van de twee originele torens van het in het begin van de 13e eeuw gebouwde westerblok. In 1221 krijgt Tienen hiervoor een enorme schenking van hertog Hendrik de Eerste. Hij heeft er wroeging van dat zijn troepen op weg naar Luik Tienen verwoestte. Waarschijnlijk hoopte hij hiermee een aflaat te verdienen door geld te schenken voor de bouw van de westbouw van de Sint-Germanus kerk die enkele jaren daarvoor is begonnen. (Tienen hoort bij Brabant en ligt dicht tegen het Bisdom Luik). Deze westbouw wordt voor de Romaanse kerk gebouwd. De stijl is Maas Romaans.
Van deze twee torens is in 1514 een verdieping verwijderd ten behoeve van de bouw van een hogere centrale toren. De twee oude torens kregen daarbij een zadeldak. Het vrijgekomen materiaal werd hergebruikt en aangevuld met krijt-kalkzandsteen uit een openlucht groeve op 12 kilometer van Tienen. Dit materiaal werd gebruikt omdat het relatief licht is en zich gemakkelijk laat bewerken. Om de vierkante centrale toren te kunnen bouwen moest het westerblok worden verstevigd. Dit ging te kosten van de galerij.
De kerk is meerdere malen in de geschiedenis door brand geteisterd. En ook tegenwoordig ligt een catastrofale brand nog steeds op de loer. Dit voornamelijk door de manier waarop de toren verbouwd is. Veel hout en alleen de eerste verdieping rust op een stenen gewelf. Alle andere verdiepingen zijn van hout. Gilbert legt uit dat om het risico zoveel mogelijk te beperken om deze reden alle deuren en tussendeuren van sloten zijn voorzien.
Naar de top!
Na een uitvoerige uitleg bij het beiaard en het uur mechanisme rest nog de uitdaging die wij onszelf gesteld hebben: hoe hoog kunnen we de spits in? Gilbert waarschuwt ons: ‘er is al lang niemand naar boven geweest’. Het is er inderdaad stoffig en hier en er is geen licht. Ladder na ladder komen wij hoger en hoger. De verdieping van de brandwacht heeft ondanks de hoogte een toilet. Het uitzicht naar alle kanten is prachtig maar we kunnen nog hoger. Ook op de hoogte van het uurwerk zitten vensters naar alle vier de windrichtingen. Vanuit één venster hebben wij prachtig uitzicht op de dak van het schip. Het is Bert uiteindelijk die als eerste de hoogste balk aantikt. Missie geslaagd.
Eric Cornelissen
Wanneer het was is niet meer bekend maar tijdens een editie van de Gentse Feesten ontstond de interesse in de geschiedenis en de betekenis van Belforts. Met een vette knipoog naar Reinhold Messner die als eerste de veertien hoogste toppen van de wereld beklom moest iemand maar eens de eerste zijn die alle belforten van de Lage Landen gaat beklimmen! Pas later werd duidelijk dat het er geen 14 maar 56 zijn. Die Messner had het maar makkelijk.